De Groep Geschiedenis van de Maalbeek
De geschiedenis van de Maalbeek doorlopen is een beetje zoals het doorlopen van de geschiedenis van de Vooruitgangsgedachte, een verhaal van mensen en technieken. Alles is er kanalisatie, afdamming, molens, hydraulische machines, sanering van de stad door het overwelven van de rivier, stormbekkens. Maar er blijven nog vele kleine verhalen te ontdekken… Deze verhalen zoeken wij in de archieven en doorheen mondelinge getuigenissen en ontmoetingen.
We organiseren ontmoetingen en wandelingen en willen met elementen uit het verleden Maalbeek Mon Amour voeden, net zoals de Nieuwe Stadsrivieren en andere burgerinitiatieven.
Indien je met ons de geschiedenis van een rivierbekken wenst te ontdekken, te proeven en te begrijpen, en hierdoor ook de relatie tussen mens en water, tussen mens en landschap… Of wanneer je een verhaal, een getuige of een spoor
kent…
Neem contact met ons op : bullesdesavoir@yahoo.fr
Zie ook : LE VELO KAMISHIBAÏ
De geschiedenis van de Maalbeekvallei
De bron van de Maalbeek (beek aan de molen) ligt in het domein van de Terkamerabdij in Elsene. Vroeger slingerde de Maalbeek zich door een moerasachtige vallei, langs de dorpen van Elsene, Etterbeek, ten Noode, en Schaarbeek.
Al sinds de middeleeuwen werd de beek naar de hand van de mensen gezet. Op de oevers werden dus molens gebouwd, er werden waterlopen getrokken, visvijvers en andere waterpartijen gegraven. In de 18de eeuw bleven er nog meer dan 90 dergelijke waterpartijen over.
De nabijheid van het water had inderdaad een sterke invloed op de economische activiteit in de dorpen en gehuchten : er werden molens gebouwd (tussen Elsene en Schaarbeek waren tot in de 19de eeuw een tiental molens actief) ; visteelt was ook een belangrijke bedrijvigheid : er werd karper en snoek gekweekt in de visvijvers. Alle ambachtelijke bedrijfjes in de buurt, leerlooierijen, ververijen en brouwerijen hadden zonder het water nooit bestaan.
Het is dus niet overdreven om te beweren dat Elsene, Etterbeek, Ten Noode en Schaarbeek als het ware uit het water van de Maalbeek zijn geboren.
De gehuchten en dorpen die ontstonden in de middeleeuwen in de Maalbeekvallei danken hun naam aan de nabijheid van het water. Eggevoort (een gehucht waar nu het Jourdanplein ligt) verwijst naar een doorwaarbare plaats (voort) ; in de plaatsnamen Etterbeek en Schaarbeek is de ‘beek’ een deel van de naam geworden. Elsene was vroeger Elsele, wat verwijst naar een dorp of gehucht bij de els. De els is een boom die vooral gedijt op vochtige grond.
Maar in het loop van de negentiende eeuw kwam de industriele revolutie. De waterlopen worden nog enkel gebruikt om het afval van het industrieel proces af te voeren, en in een later stadium met de stadsontwikkeling komt daar ook nog het huishoudelijk afvalwater bij. De waterlopen dienen na verloop van tijd nog enkel als riool.
Het water wordt dus ongewenst, want ongezond, en wordt alleen nog geduld in sommige ‘betere’ wijken, als sierelement, en op voorwaarde dat het water zuiver is. De vijvers van Elsene, het Leopold park en de Maria-Louiza square zijn wat er nog overblijft van de talloze plassen langs de Maalbeek.
Een beweging wordt ingezet waarbij de waterplassen gedempt worden, de beken en riviertjes overwelfd, en op die manier verdwijnt het water uit het zicht. Bovenop de oude waterlopen worden onder de demografische druk en door de stadgroei nieuwe wijken gebouwd, met vooral arbeiderswoningen.
Het water was niet langer zichtbaar, maar de bewoners en de gemeenten langs het water werden regelmatig aan het aanwezige water herinnerd. In veel te smalle ondergrondse kanalen geperst, en zonder de vroegere expansiezones, trad het toch buiten zijn oevers. De overstromingen van de vallei in de loop van de 19de en 20ste eeuw zijn niet op één hand te tellen… ondanks de talrijke kanaliserings- en rioleringswerken.