Als men zegt dat water een gemeengoed is, moet het ook werkelijk zoveel mogelijk gemeenschappelijk worden beheerd
-terugkeer naar de Programma van het Forum
Als antwoord op het concept van recht op water en vertrekkende vanuit het principe van water als werelderfgoed wordt het water in Brussel door de overheidsdiensten uitgebaat. Is het dan ook een rijkdom die gemeenschappelijk beheerd wordt ? Wat we in onze modellen van technologische democratie opmerken, is dat water zeer ver staat van de dagdagelijkse bekommernissen van de burgers, behalve wanneer deze zijn factuur krijgt of zijn woning onder water staat. Dit komt door het feit dat de burger het waterbeheer volledig overhevelt naar de politiek, die het zelf meestal naar de administratie doorsluist, die vervolgens technici afvaardigt of zelfs privé instanties, zoals het geval is voor het Waterzuiveringstation Brussel-Noord. Wat alles nog ingewikkelder maakt, is dat de operatoren in Brussel elk afzonderlijk handelen en dat elke Gemeente haar eigen beleid
bepaalt. Uiteindelijk wordt de gemiddelde burger vaak herleid tot het statuut van klant of slachtoffer. Water valt dan ook buiten het veld van een politieke cultuur en is dus zelden een rijkdom in gemeenschappelijk beheer. We merken zo goed als nooit, maar het leven van de burgers wordt voor een groot deel bepaald door de keuzes inzake waterbeheer.
Net zoals voor andere vragen met betrekking tot natuurlijke rijkdommen, is het vandaag duidelijk dat iedereen actief moet betrokken worden bij het beheer ervan. Er moet al be- gonnen worden met water op een spaarzame en duurzame manier te gebruiken. Het is een kwestie van (duurzame en voortgezette) opleiding. Op dezelfde manier kunnen gedecentraliseerde technologische installaties zoals tanken, stormtuinen of groene daken, de watercyclus binnen de bebouwde kom bevorderen en zo maken dat iedereen aan het
collectieve waterbeheer in de stad kan deelnemen. Verkavelingen worden zo plekken voor actie en participatie, de bewoner wordt een protagonist-gebruiker en niet enkel een verbruiker. Ook wanneer men veranderingen aanbrengt in de openbare ruimte zou de bewoner of gebruiker van die ruimte evengoed kunnen deelnemen aan de hervorming ervan. Met de Nieuwe Stadsrivieren wordt duidelijk dat het waterbeheer niet uitsluitend een bevoegdheid van de watersector is, maar ook met de ruimtelijke ordening, het milieu, de stedenbouw, de mobiliteit en de volksgezondheid te maken heeft.
Omdat dit gemeengoed niet enkel meer specialisten aanbelangt, moet er opnieuw ruimte zijn voor een gemeenschappelijke discussie tussen beleidsmakers, technici, wateroperatoren, onderzoekers en burgers. Samen zorgen ze voor het opkomen van een collectieve intelligentie en een globale visie van de kwestie van water in haar omgeving. Zo kunnen meer open en beter doordachte beslissingen genomen worden, op zowel lokaal als globaal niveau.
We hebben er alle baat bij de oprichting van een burgerbeweging over de waterkwestie in Brussel te steunen. Zo’n beweging zou alle actoren verbinden om het samen te hebben over de vragen rond water. Deze regionale beweging zou ook moeten deelnemen –op zijn minst op deliberatieve wijze- aan het beleid van het Gewest en aan het beheer van de wateroperatoren, of zelfs aan het nemen van sommige beslissingen. Deze vorm van waterbeheer zou mee de vernieuwing van de democratie bevorderen door het vertrouwen tussen burgers en politici te verhogen.
Buiten de positieve gevolgen van een participatieve handelswijze met een zo groot mogelijke ruimte voor gemeenschappelijk beheer, zijn er volgens wetenschappelijke studies nog andere voordelen op te lijsten : sociale vooruitgang omdat de burgers-gebruikers1 meer aandacht hebben voor de sociale rechtvaardigheid, een grotere efficiëntie van het beheer, onder andere door het vermijden van vergissingen en lange con ?icten na beslissingen waar geen rekening is gehouden met de gevoeligheid en de bekommernissen van de buurtbewoners.
Een ander goed uitgangspunt om water duurzaam in de stad te verankeren is de verbeelding. Daarom zou een culturele, ludieke en feestelijke aanpak, die de verbinding tussen de actoren versterkt, de gelegenheid kunnen zijn om de stroombekkens in beweging te zetten en geleidelijk aan het water dat maar al te lang vergeten werd, terug zichtbaar en levend te maken.